Akkerbouw
Algemeen
Dieren
Economie
Markten
Mechanisatie
Milieu
Politiek
Tuinbouw
Veehouderij
Voeding
Inloggen
 
 
 
Klik hier om u te registreren en te abonneren
(72,60 euro per jaar)
 
Wachtwoord vergeten
Vorig ArtikelVorig artikel Volgend artikelVolgend Artikel

 24 okt 2024 14:30 

Grensoverschrijdende samenwerking met betrekking tot de waterbeheersing in de Westhoek


Vraag om uitleg over de grensoverschrijdende samenwerking met betrekking tot de waterbeheersing in de Westhoek van Loes Vandromme aan minister Matthias Diependaele

De voorzitter

Mevrouw Vandromme heeft het woord.

Loes Vandromme (cd&v)

Minister-president, hoewel u niet in de buurt woont, herinnert u zich wellicht nog de taferelen tijdens de overstromingen in de Westhoek vorig jaar. Naar aanleiding van die ramp werd toen een Taskforce Weerbare Westhoek opgericht, die heel snel maar met kennis van zaken een aantal concrete maatregelen naar voren kon schuiven om dergelijke overstromingen in de toekomst te voorkomen.

Ondertussen werden diverse van die maatregelen ook al verder uitgerold. Onder andere de baggerwerken in de IJzer en het Lokanaal zijn volop bezig, en als de nodige omgevingsvergunningen snel afgeleverd worden, kan men binnenkort ook starten met infrastructuurwerken in onder andere Stavele en Roesbrugge.

Maar het gevaar is jammer genoeg nog niet geweken. Bovendien speelt in dit dossier ook het grensoverschrijdende aspect – ik woon letterlijk aan de grens, minister-president – een belangrijke rol. Een goede communicatie en wisselwerking met de Franse autoriteiten zijn noodzakelijk om verder goede resultaten te kunnen boeken. Uiteraard zijn er op het terrein – ik kan ervan meespreken – al heel wat contacten geweest, en ook al heel wat concrete zaken uitgewerkt met de partners van net over de grens, in Noord-Frankrijk. Dankzij de provincie West-Vlaanderen kunnen we daar ook verder werk van maken. Die neemt daarin het voortouw.

Heel binnenkort wordt er trouwens ook een Interregdossierproject (Interreg Community Initiative) ingediend waarbij aan de diverse doelstellingen wordt gewerkt. Zo wil men onder andere werken aan een waarschuwingssysteem waarbij men probeert de meetgegevens ook beter en concreter uit te rollen, inrichtingswerken uitvoeren om de risico’s op overstromingen te verminderen, en werken aan het sensibiliseren van burgers.

Maar toch blijft het ongelooflijk moeilijk, minister-president, om de samenwerking te garanderen, ondanks de heel vele inspanningen van velen. Daarom de volgende vragen aan u. In hoeverre plant u structureel overleg met de Franse autoriteiten en op welke manier kan de problematiek van de waterbeheersing daarin een vast gespreksthema, een vast item op de agenda worden? Hoe kunnen uw diensten als katalysator dienen om een nog vlottere communicatie met Frankrijk te bewerkstelligen?

De voorzitter

Minister-president Diependaele heeft het woord.

Minister-president Matthias Diependaele

Mevrouw Vandromme, u zult blij zijn te horen dat ik uw vraag voor ben geweest. Zoals u terecht aanhaalt, is het belangrijk om aan onze Franse buren duidelijk te maken dat de Vlaamse Regering veel belang hecht aan een gezamenlijke aanpak van de problematiek, en dat heb ik tijdens het staatsbezoek van de koning en mezelf vorige week ook benadrukt. Daarbij wordt eerst en vooral ingezet op dialoog met de Franse regering. In Frankrijk behoort de bevoegdheid inzake waterbeheersing tot de centrale overheid. In de praktijk wordt ze echter uitgeoefend met gedecentraliseerde overheidsdiensten, waarbij de prefect als vertegenwoordiger van de staat een belangrijke rol speelt. De regio Hauts-de-France, met daarin de vroegere departementen Nord en Pas-de-Calais, heeft dus weinig tot geen eigen bevoegdheden op dit vlak, en dat blijkt ook vandaag nog altijd tot juridische moeilijkheden te leiden.

Concreet zetten onze diensten in op het heropstarten van overlegstructuren binnen de twee Europese groeperingen voor territoriale samenwerking (EGTS). Het voordeel van die groeperingen is hun multilevelgovernancestructuur waarin overheden van alle niveaus betrokken zijn. Op hoger niveau is ook de afstemming tussen de bevoegde diensten binnen de Internationale Scheldecommissie (ISC) van belang. Inhoudelijk keurde de algemene vergadering van de EGTS West-Vlaanderen/Flandre-Dunkerque-Côte d’Opale op 15 oktober jongstleden een notitie goed die zich specifiek op het IJzerbekken richt. Ik kan u alvast meedelen dat de werkgroep over het IJzerbekken op 25 november zal bijeenkomen. Daarnaast dient binnen de Eurometropool Lille-Kortrijk-Tournai het overleg over het Leiebekken op korte termijn ook vorm te krijgen.

Zoals het regeerakkoord stelt, is het belangrijk om naast de meer technische overlegorganen de politieke contacten met Hauts-de-France uit te bouwen. Lokale politieke contacten zijn onontbeerlijk om tot een goede samenwerking te komen voor grensregionale problemen. De Vlaamse Regering zal inzetten op een nieuw breed samenwerkingsakkoord met Hauts-de-France, waarin concrete samenwerkingsprojecten rond deze gedeelde bevoegdheden vorm moeten krijgen. Daarnaast zal een forum voor dialoog opgezet worden met de regionale politieke sleutelfiguren om ook op andere domeinen, zoals waterbeheersing, de samenwerking te bevorderen.

De belangrijkste actoren in Vlaanderen hieromtrent zijn de Vlaamse Milieumaatschappij, de Vlaamse Waterweg en de diensten van West-Vlaams gouverneur Decaluwé. De gouverneur heeft eerder dit jaar vanuit zijn rol als grenscoördinator het initiatief genomen om onderling af te stemmen over de samenwerking met Frankrijk. Dat is een concrete uitvoering van een afspraak uit het plan Weerbare Westhoek.

Ook het Departement Kanselarij en Buitenlandse Zaken (DKBUZA) en de diplomatieke vertegenwoordiging van Vlaanderen in Parijs zijn op verschillende manieren betrokken bij die afstemming. Zij moeten ervoor zorgen dat de laatste juridisch-technische gesprekken over het De Moerenverdrag worden afgerond. Ik hoop dit verdrag nog dit parlementair jaar ter instemming aan het Vlaams Parlement te kunnen voorleggen. Verder zullen zij zorgen voor een goede wisselwerking tussen de werkgroepen water van beide Europese groeperingen van territoriale samenwerking en het algemene politiek-ambtelijke overleg binnen die structuren. Bovendien faciliteert de diplomatieke vertegenwoordiging ook informele overleg- en netwerkmomenten.

Tot slot werkt het Departement Kanselarij en Buitenlandse Zaken, samen met Wallonië en de regio’s Hauts-de-France en Grand-Est, rond een strategisch ‘Interreg’-project inzake de aanpak van grensbelemmeringen uit. Daarin zal ook naar concrete belemmeringen op vlak van waterbeheersing gekeken worden.

Ik wil er nog dit aan toevoegen. Het is vooral een juridische discussie binnen Frankrijk, waar een bevoegdheidskwestie speelt voor de ondertekening van het De Moerenverdrag. Eens men daar uit is, en we pushen wel een beetje om daar snel uit te geraken, kan het verder, maar we moeten daarop wachten om het definitief te kunnen tekenen. Dan kan ik het hier nog inleiden, zoals meegegeven.

De voorzitter

Mevrouw Vandromme heeft het woord.

Loes Vandromme (cd&v)

Dank u wel, minister-president. Hartelijk dank voor het optreden, en om op bezoek te gaan bij de buren. Mocht u nog een keer op bezoek gaan bij de Franse buren, dan bent u altijd welkom om even halt te houden in de mooie Westhoek. De Taskforce Weerbare Westhoek heeft een aantal zaken echt wel in een stroomversnelling kunnen brengen. De bovenstroomse beveiligingsmaatregelen, waar ik het al over had, kunnen hopelijk snel worden uitgevoerd. Maar er zijn ook infrastructurele werken. Ik had het over het uitbaggeren van de IJzer, onder andere, en de bypass die zal gebeuren langs het Lokanaal. Maar er is nog extra capaciteit nodig, en het is echt noodzakelijk dat onze Franse buren bereid zijn om de sluizen richting Duinkerke open te zetten als er bij ons wateroverlast is. Dat is net het De Moerenverdrag. Het is ongelooflijk hoe lang dit onder water, excuseer het woord, bleef en niet werd vastgepakt. Ik hoop in elk geval dat het talmen stopt en dat de nodige bindende verdragen kunnen worden geofficialiseerd. De procedure sleept al zo lang gaan.

Het is ook goed dat binnen EGTS de samenwerking terug wordt opgestart. Het is een zeer belangrijke multilevelstructuur die ons echt wel kan helpen. Maar het is dan wel de bedoeling dat de partners aan tafel niet talmen zodat we niet dweilen met de kraan open. Dat heeft geen zin.

Ik heb heel veel waardering, en dat wil ik zeker benoemen, voor de mensen die het werk uitvoeren. En dat zijn onder andere de bekkencoördinatoren van het IJzerbekken. U gaf aan, minister-president, dat er heel veel politieke contacten op de agenda staan. Ik ben zeer benieuwd hoe u ervoor zult zorgen dat de lokale actoren, de lokale partners en regionale politici, zullen worden betrokken om dit op het terrein te kunnen uitvoeren en opvolgen. Welke specifieke afspraken kunnen er worden gemaakt zodat we op het terrein, als lokaal bestuurder, betrokken blijven?

De voorzitter

De heer Degrande heeft het woord.

Gijs Degrande (N-VA)

Minister-president, dank u wel voor het antwoord. Collega, dank u wel voor de vraag. Het is een belangrijke vraag. Het is een belangrijke uitdaging. Ik denk dat iedereen zich de beelden van vorig jaar van de wateroverlast en de overstromingen van de IJzer herinnert. Er werd duidelijk geschetst welke uitdagingen zich daar situeren op het vlak van waterbeheersing.

Die uitdagingen zijn niet nieuw. Er is al verwezen naar het actieplan Weerbare Westhoek, het advies, een aantal korte- en langetermijnmaatregelen. Die zijn genomen, die zijn opgestart. Ook de vorige regering heeft er al voor een deel werk van gemaakt. In het advies Weerbare Westhoek stond ook versterkte samenwerking en coördinatie met Noord-Frankrijk. Het is al een goede zaak dat u meteen de koe bij de horens hebt gevat en de dialoog met de Franse buren hebt opgestart. Maar het is misschien goed om in het kader van deze problematiek ook wat hoger te kijken. Daarom mijn vraag: zijn er intenties van de Vlaamse Regering om dit bij de Europese Unie, op die schaal, op de agenda aan te kaarten?

De voorzitter

De heer Verheyden heeft het woord.

Wim Verheyden (Vlaams Belang)

Minister, dit dossier is ook vorige legislatuur al ter sprake gekomen in de Commissie voor Mobiliteit en Openbare Werken. Ik hoor u nu die minister niet vernoemen, maar ik hoop toch dat ook zij betrokken wordt in dat overleg omdat toch een aantal van die actoren onder haar verantwoordelijkheid vallen. Ik denk onder andere aan De Vlaamse Waterweg. In die zin denk ik dat het toch wel belangrijk is dat ook de minister van Mobiliteit en Openbare Werken hier in dit dossier betrokken wordt, ook in dat overleg met Frankrijk. Het gaat niet alleen over de Westhoek, het gaat over een waterproblematiek die trouwens in heel Vlaanderen aanwezig is. In die zin hoop ik toch dat ze er ook een prominente rol krijgt.

De voorzitter

Minister-president Diependaele heeft het woord.

Minister-president Matthias Diependaele

Dank voor de bijkomende vragen. Het is goed dat elke West-Vlaming zich laat horen. (Gelach)

Ik stel voor dat we in elke commissie een dummy camera zetten om dat uit te lokken.

Mevrouw Vandromme, voor alle duidelijkheid: ik ga zeker de laatste jaren op 11 november naar Ieper. Daar ben ik altijd bij. Ook nu ga ik niet wachten op een staatsbezoek om in de Westhoek langs te gaan.

Er zijn een paar zaken die ik wil toevoegen. Eerst en vooral is de betrokkenheid van de lokale besturen inderdaad zeer belangrijk. We hebben daar natuurlijk een beetje een trechtersysteem. We gaan dat niet allemaal met veel rechtstreekse lijnen doen. Het is ook een beetje de taak van gouverneur Decaluwé om dat te begeleiden. Als ik me niet vergis is dat in het De Moerenverdrag ook aangegeven. Nu is het vooral belangrijk dat dat verdrag in werking kan treden. Dat zal al veel moeten bijdragen om dat te regelen.

De aanleiding van de vraag is natuurlijk de wateroverlast, maar er is heel veel waarmee we moeten samenwerken. Om op uw vraag te antwoorden: natuurlijk wordt de minister van Mobiliteit en Openbare Werken daar ook bij betrokken, zoals ik aangeef, via De Vlaamse Waterweg, enzovoort. Maar er zijn nog heel wat andere zaken: de Kortrijk-Lillesamenwerking, de Eurometropool en Interreg voor de Europese samenwerking waar dat in kadert. We moeten ook meer naar economische samenwerking gaan kijken. Je hebt trouwens ook nog – en dat is een beetje ruimer dan de regio van de Westhoek – het verhaal van het Kanaal Seine-Noord, richting de noordelijke havens, de haven van Gent, Vlissingen, zelfs tot in Rotterdam en Antwerpen. Er zijn gewoon heel veel thema’s waarover we moeten gaan samenzitten met alle buurlanden. Ik heb gisteren de Nederlandse ambassadrice ontmoet. Ook daarmee moeten we heel wat samenwerken.

Ik was trouwens blij met de ontmoeting met de heer Bertrand vorige week. Hij is verantwoordelijk voor Hauts-de-France. Het was een goede ontmoeting. Hij heeft een hands-onmentaliteit. In die zin denk ik dat we daar de juiste contacten hebben. We zullen die de komende jaren verder moeten concretiseren om de samenwerking verder uit te werken. Bij sommige van die samenwerkingsinstrumenten – we moeten opletten we er niet te veel hebben, want dan wordt uw aandacht te diffuus – moeten we een paar keuzes maken om die te gaan verscherpen en om te zorgen dat we daar een beetje een nieuwe generatie naar voren kunnen schuiven. In die zin heb ik met Stefaan De Clerck gesproken om te kijken dat we alle instrumenten die er zijn ook ten volle hun werk kunnen laten doen. Daar wordt dus aan gewerkt.

De voorzitter

Mevrouw Vandromme heeft het woord.

Loes Vandromme (cd&v)

Dank u wel, minister-president. Het is in elk geval een mooie functie die u hebt. Alvast proficiat om dat vanaf de eerste weken en maanden al volop te doen, om als bruggenbouwer – ook voor ons, voor mijn streek, is dat zeer belangrijk – naar de Franse buren te trekken en inderdaad heel veel thema’s vast te pakken. Trouwens, wees welkom, want Poperinge is Ieper nog niet, maar dat is ‘pour la petite histoire’. In elk geval is structureel overleg belangrijk om de continuïteit te garanderen, want er is heel veel projectwerking. We hebben het hier vooral gehad over wateroverlast, maar als ik bij water mag blijven, zijn voor onze streek zeker de waterschaarste en de waterkwaliteit even belangrijk. Het is van zeer groot belang dat we bruggen bouwen over grenzen heen en dat we samen aan dezelfde koord trekken. In mij vindt u alvast een bondgenoot, waarvoor dank.

De voorzitter

De vraag om uitleg is afgehandeld.

 


  Nieuwsflash
 
Rampenfonds: hevige regenval zomer 2021 - schadedossier indienen 31/10/2021Lees meer
 
 
INTERPOM 2024 Energieboost voor een aardappelsector in versnelde transitie Lees meer
 
 
Geen kalenderlandbouw meer voor inzaai vanggewassenLees meer
 
 
Flankerend beleid ter uitvoering van de PASLees meer
 
 
Nieuwe sensor moet luchtkwaliteit aan de kust verbeteren Lees meer
 
 
Provincie West-Vlaanderen stimuleert PAS-klare oplossingen voor de stikstofproblematiek Lees meer
 
 
Advies Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek over de kritische depositiewaarden voor stikstofLees meer
 
 
Over de dalende groeicijfers van de biomarkt in 2023 Lees meer
 
 
Al 175 var­kens­be­drij­ven gin­gen in op Vlaam­se uitstapregeling Lees meer
 
 
Grensoverschrijdende samenwerking met betrekking tot de waterbeheersing in de WesthoekLees meer
 
 
Administratieve vereenvoudiging in de landbouwsector Lees meer
 
 
Slechts halve druivenopbrengst in 2024Lees meer
 
 
Invoering verlaging registratierechtenLees meer
 
 
Bosuitbreidingsdoelstelling en beperkingen in landbouwgebiedLees meer
 
 
Zes nieuwe rassen wintertarwe opgenomen op de Belgische rassenlijst Lees meer
 
 
Nieuwe kans om houtkanten in Vlaanderen te versterken en uit te breiden ​ Lees meer
 
 
Découvrez les Chiffres clés 2024 : votre guide pour comprendre la Belgique en un coup d'œil Lees meer
 
 
Vlaamse Regering keurt besluit over flankerend beleid PAS goed Lees meer